Zembla uitzending dec 2013 “Zorgwekkende stoffen’
In de Zembla uitzending van 18 december 2013 roepen de toxicologen Prof. J. Legler en Prof. M. van den Berg de overheid op om snel maatregelen te nemen om zwangere vrouwen voor te lichten over de risico’s van blootstelling aan hormoonverstorende stoffen. Deze zitten blijkens Zembla onder meer in cosmetica en plastic. De Deense consumentenbond spreekt in dit verband van een tikkende tijdbom.
Maar ook in kraanwater wordt dat soort stoffen aangetroffen. Volgens het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (NTvG) bevat ons water uit de kraan genees- en röntgencontrastmiddelen. Het NTvG stelde in maart 2013 vast dat het langetermijneffect van de dagelijkse blootstelling van de mens aan lage concentraties van deze stoffen onbekend is. In de NRC 17 september 2013 wordt een groter overzicht gegeven: Prof P. de Voogt en Prof Legler maken zich zorgen over resten van de anticonceptie pil, van de pijnstiller diclofenac, van nanodeeltjes in zonnebrand en brandvertragers, van stoffen waarvan niet bekend is wat de gevolgen voor de gezondheid zijn als ze zich ophopen in het lichaam, van onbekende stoffen.
Over de effecten van in kraanwater aangetroffen cocktail van stoffen te samen (de zogenoemde ‘mengsel toxiciteit’ waaraan de mens wordt blootgesteld) is nog minder bekend.
Prof. Van der Hoek stelt in het NTvG dat de gezondheidseffecten ‘verwaarloosbaar ‘ zijn. Maar dat is in strijd met zijn eerste stelling dat de lange termijn effecten ‘onbekend’ zijn. Er bestaat geen onderzoek naar de verwaarloosbaarheid van de lange termijn gezondheidseffecten bij mensen van hormoonverstorende stoffen cq van de mengsel toxiciteit, waarop van der Hoek zijn mening op wetenschappelijke gronden kan baseren.In december 2013 heeft het Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) naar buiten gebracht dat een aantal van deze middelen – onder andere – een hormoonverstorende werking heeft: ‘Diabetes, obesitas, verminderde vruchtbaarheid, misvorming van geslachtsorganen en ADHD zijn voorbeelden van ziektebeelden die in verband worden gebracht met hormoonsysteem ontregelende effecten door chemische stoffen.’ Minister Schippers van Volksgezondheid vindt het evenwel onnodig om zwangere vrouwen hierover te informeren. Deze informatie zou voldoende beschikbaar zijn.
Stelling
Zwangere vrouwen die het voorzorgprincipe wensen toe te passen moeten geïnformeerde beslissingen kunnen nemen ten aanzien van hun gezondheid en die van hun kinderen. Het is immoreel om consumenten – die uiteindelijk de risicodragers zijn – niet op de hoogte te brengen van het voortschrijdend wetenschappelijk inzicht.
